Hoewel Jet niet meer in vol ornaat de straat op gaat om haar dagen als Laura Ingalls Wilder door te brengen, 1) is de negentiende eeuw nog steeds een favoriete periode.

Mal hoe die dingen lopen. Mij heeft het als kind nooit geïnteresseerd, de negentiende eeuw. Geschiedenis sowieso niet. Ik hield wel van lezen. Thea Beckman, Jan Terlouw, Evert Hartman. En ik hield van de verhalen van mijn opa. Over zijn jeugd, de oorlog, de politieke situatie in de jaren ’30, ’40, ’50, ’60. Maar de link tussen boeken, verhalen en geschiedenis had ik nooit gelegd. Terwijl dat nou juist geschiedenis is.

Geschiedenis bestaat uit verhalen. Mooie, grappige, verdrietige, razendmakende verhalen. Verhalen waarover je moet nadenken. Kritisch, malend. Om dingen vanuit verschillende gezichtspunten te zien. De verhalen van mijn opa waren gekleurd door zijn eigen rode bril (‘Willen we naar de Dam? Dan gáán we naar de Dam!’). De verhalen van mensen die in dezelfde tijd leefden, maar in een andere maatschappelijke of geografische positie zaten, waren heel anders. Als je al die verhalen hoort, ga je beter snappen waarom dingen zijn zoals ze nu zijn. Waarom ze soms veranderd moeten worden. Of waarom het juist prettig is dat het zo is.

De geschiedenis van de pioniers in Amerika stond niet in mijn top tien van te leren dingen. Ook niet in mijn top zeventig. Ik heb niks met cowboys en indianen, ik heb nooit meer dan zes minuten van een western kunnen uitzitten (alleen het intro duurt al gauw een kwartier) en heb nog nooit Het kleine huis op de prairie op televisie gezien. Maar ik had van verschillende kanten begrepen dat de boéken van Het kleine huis echt de moeite waard waren. Dus haalde ik het eerste deel uit de bibliotheek.

En Het kleine huis in het grote bos bleek inderdaad leuk. De eerste pagina’s waren even schrikken, met uitgebreide beschrijvingen van de varkensslacht, maar vanaf ‘Kerstmis’ was Jet verkocht. Alle volgende delen 2)  heeft ze verslonden, avondenlang terwijl John voorlas. Als zij er een uit hadden, las ik hem daarna.

De boeken zijn zo mooi omdat ze jaar na jaar laten zien welke worstelingen, succesjes, tegenslagen, tevredenheid, hoop en tragedies de landverhuizers doormaakten. Je leeft mee met de eerste oogst, de grote droogte, de langzame maar gestage bouw van het huis, wéér een verhuizing. Je volgt hun trek naar nieuwe oorden, de onderlinge communicatie. Je ziet Laura opgroeien.

Het gaf ook altijd stof tot praten. Hoe ze bleven doorzetten, hoe heerlijk het is dat wij wel stromend water hebben. Lange tijd gingen de gesprekken aan het avondeten over de manier waarop Laura en haar zusjes door hun moeder behandeld worden. Ik begon er vaak zelf over, want bij de onvriendelijke opvoeding van Ma Ingalls stak ik zelf tamelijk gunstig af, vond ik.

De tv-serie hebben we nog altijd niet bekeken. Ik heb wel een paar stukken gezien waar Pa Ingalls met ontbloot torso en een bijl over de schouder loopt, terwijl Laura en haar zusjes schaterend een heuvel af rennen en Ma Ingalls teder toekijkt. Beelden die in niets lijken op de boeken, waar de karakters groeien en je de ontwikkeling van een land volgt door de ogen van een generatie.

Zoals ik zei: het is goed om altijd verschillende versies van een verhaal te horen. En er is een boek over een achtjarig meisje dat in precies dezelfde tijd leefde als Laura Ingalls, maar dan in een heel andere situatie. Vriendin-collega Elisabeth gaf me de tip.

Louise Erdrich schreef in The Birchbark House over Omakayas (spreek uit: oo-MAA-kee-jaas), een meisje van het Ojibwevolk, een van de grootste groepen indianen van Noord-Amerika. Zoals je in het Kleine Huis leest hoe de familie Ingalls boter karnde, huizen bouwde en jaagde, zo lees je in Omakayas hoe een ander volk in precies dezelfde tijd in haar levensonderhoud voorzag. De angst waarmee Ma Ingalls naar de inheemse wilden keek, is veranderd in de bevreemding waarmee Omakayas kijkt naar die witte mensen met hun lelijke voeten (geen wonder dat ze van die rare hoge schoenen dragen, denkt ze).

The Birchbark House-serie bestaat uit drie delen, waarvan er absurd genoeg maar eentje in het Nederlands vertaald is, deel 1: Omakayas, het meisje van het Geesteneiland. Het tweede deel, The Game of Silence en het derde, The Porcupine Year zijn alleen in het Engels verkrijgbaar. Dat is jammer, want het tweede deel is misschien nog wel mooier dan het eerste. Ze horen ook zo bij elkaar. Hoewel Jet nog geen lange Engelse boeken leest, hebben we ze toch gekocht. Ze kosten een maar een paar pond bij amazon.co.uk (gratis verzenden vanaf 25 pond) of bookdepository (nooit verzendkosten). Ik lees voor en vertaal. Gaat in het begin een beetje langzaam, maar dat is niet erg. En na een paar hoofdstukken merk je dat er steeds minder vertaling nodig is.

Als toetje kreeg ik een filmtip van een vriendin. Ze had Jettes verkleedpartijen gezien en dacht dat dit misschien wel iets voor haar was. Dr. Quinn, Medicine Woman. Het duurde even voordat ik mijn westernaversie opzij gezet had, maar toen ik zag wie een glanzende bijrol als Kid Cole vertolkt, ging ik overstag.

Ja, hij heeft toevallig ook zijn gitaar bij de hand.

De hele serie is geweldig. Het speelt zich af in de tijd van Laura Ingalls Wilder en Omakayas, de tweede helft van de negentiende eeuw. Alles komt voorbij, maar dan in kleur. 3) Het dagelijks leven, de misoogsten, medische vooruitgang, nieuwe Europese immigranten, de eerste vrije slaven, het begin van de rechtspraak, de eerste stoomtrein, het eerste schooltje, contacten met Cheyennes, de massamoord bij de Washitarivier.

De Nederlandse Dr. Quinnsite staat hier, heel uitgebreid. De afleveringen zijn op youtube en in veel bibliotheken te vinden. De dvd’s zijn momenteel ook in de uitverkoop voor 14,95 euro per seizoen, zag ik zowel op de EO-site als bij bol.

———————-

1)  Zoals u hebt kunnen lezen in deze deeltjes uit de succesvolle reeks ‘De doldwaze avonturen van het thuisonderwijskwartet’:

Terug


—–

2) De reeks bestaat uit tien delen van Laura Ingalls Wilder met tekeningen van Garth Williams. In het eerste deel is Laura (de hoofdpersoon) vier jaar oud en bij ieder deel wordt zij ouder.

  • Deel 1: In het grote bos.
  • Deel 2: Op de prairie.
  • Deel 3: Aan de rivier.
  • Deel 4: De grote hoeve – onafhankelijk te lezen. Gaat over de jeugd van Almanzo Wilder, Laura Ingalls’ echtgenoot.
  • Deel 5: Aan het Zilvermeer.
  • Deel 6: De lange winter.
  • Deel 7: De stad op de prairie.
  • Deel 8: Een huis voor Laura.
  • Deel 9: De vier prairiejaren.
  • Deel 10: Onderweg.

Hierna volgt een soort epiloog, niet meer geschreven door Laura Ingalls Wilder, maar door Roger MacBride. Gaat over Rose, de dochter van Laura en Almanzo Ingalls.

  • Deel 11: Het Kleine Huis-kookboek. Zoals de titel zegt. Hoef je niet te lezen, is ook nauwelijks (tweedehands) verkrijgbaar.
  • Deel 12: Op de heuvel.
  • Deel 13: Bij de bron.
  • Deel 14: Bij de boomgaard.

Terug

—–

3) Het ziet er onwijs goed uit, maar vaak dus ook heel echt. Verreweg de meeste afleveringen zijn geschikt voor mijn kinderen (ook dertienjarige Philip die momenteel alleen van James Bond en actiefilms houdt, vindt ze mooi), maar er zitten een paar nare stukken tussen. De aflevering over de opkomst van de Ku Klux Klan was bijvoobeeld te akelig voor Jet (10) en Cato (5).

Terug