Hortus

2 juni 2013

Het is misschien niet het eerste waar u aan denkt als de zon doorbreekt, maar wij gingen naar de hortus. De Amsterdamse; voor het eerst. Niet dat we zoveel horti (dat woord heb ik altijd al eens willen gebruiken) op onze naam hebben staan, maar de Leidse en Harense hebben we vaker gezien en vind ik mooier en indrukwekkender. Zo’n goudenregen uit 1601, die bij de poort van de Leidse hortus staat, zo’n levend wezen dat ook al leefde toen Rembrandt en Einstein door de tuin wandelden, daar kan weinig aan tippen.

Maar we gingen dus naar de Amsterdamse. Vriendin E. had een lesprogramma besproken voor onze kleine thuisonderwijzers, een speurtocht die ‘winkelmandje’ heette.

De kinderen kregen tien producten mee waarvan zij de plant, struik of boom in de tuin moesten zoeken. Chocolade bijvoorbeeld. Welke boom zorgt daarvoor? Zijn cacaobonen de zaden, bloemen of vruchten van de boom? Hoe groeit rijst? En koffie? In welk klimaat zou een bananenboom het beste groeien? En een vijgenboom?

We hadden gepland om de grotere kinderen de leiding te geven over een groepje kleine studenten. Maar zoals dat gaat met plannen: die kunnen zomaar veranderen als er betere alternatieven zijn. Er bleken namelijk net zo veel grote als kleine kinderen te zijn. En dan nog een stuk of acht volwassenen.

Nou houdt onze beroepsgroep wel van wat individuele aandacht, maar zeventien begeleiders op tien kinderen is zelfs voor het Centraal Instituut voor Thuisonderwijsnormering aan de hoge kant. Dus pasten wij het draaiboek aan. De jongeren gingen op eigen houtje de tuin in.

Daar hadden ze geen bezwaar tegen. Ze kregen wel een eigen lesbrief mee, om de schijn van educatie en vorming hoog te houden, maar die werd vooral druk bestudeerd als er een volwassene langsliep. Denk minirok en beatlehaar erbij en je zou je zomaar kunnen denken dat hier de dorpsjeugd bij elkaar klit.

Ondertussen gingen wij met de twee jongste groepen en hun mandjes de tuin in. Van de appelboom naar de kruidentuin, van de vlinderkas met rijstpluimen en koffieplanten naar de tropische kas met de rubberboom. Ons clubje had een persoonlijke voorlezer, de zeer getalenteerde en gedreven Miss Maya.

Zij is dat plaatje daar linksachter, met die roze muts. Tussen die andere plaatjes. Serieus hoor, als je te veel naar het nieuws gekeken hebt en ervan overtuigd bent geraakt dat de wereld bestaat uit bloeddorst en lelijkheid, dan moet je met een paar verse mensen met grote ogen en fluweelzachte wangen in een hortus gaan wandelen. Op een zonnige dag. Kun je er minstens tien achtuurjournaals tegenaan.

Cato had die dag een cadeau gekregen dat ze niet meer losliet. Deze thuisonderwijsvriendin kan fabelachtige dingen maken en verraste Catootje met een levensechte Paulus de boskabouter, helemaal van gekleurde wol. Zoals iedereen weet zijn Cato en Paulus gezworen kameraden, en zoiets prachtigs krijg je niet iedere dag.

De Victoria amazonica stond nog niet in bloei, maar de Victoria lagelandica tierde welig. Deze inheemse soort staat bekend om haar ronde constitutie en lucide glans – van heinde en verre komen de mensen haar bewonderen. Daar groeit de Victoria lagelandica van, want terwijl het geboomte van de hortus haar koud laat, gedijt zij opmerkelijk goed op een rijke bodem van intermenselijk contact. Of ornitho-menselijk contact, for that matter.

Hoewel de kinderen zich keurig gedroegen en alle hortusregels (bij elkaar blijven, geen planten aanraken en het grindpad netjes houden) in acht namen, was de Amsterdamse hortus botanicus niet de meest kindvriendelijke plek die we ooit bezochten. Dat is niet erg, zo leer je dat er volwassenen zijn die bij de aanblik van kinderen uitgaan van een rampscenario dat zijn weerga niet kent, maar je kunt je afvragen of schofferen en afblaffen de beste manieren zijn om welgemanierdheid voor te leven.

Het kon de pret niet drukken. Na de speurtocht dronken de dames thee in de Oranjerie, alleen aan een tafeltje, met bestellen en afrekenen en alles, zonder volwassenen. Die zaten een tafeltje verderop. Een waardige afsluiting van een zonnige dag.

Net als Erik

14 april 2012

Twee jaar geleden heb ik me suf gezocht naar kindvriendelijk materiaal over fotosynthese. Uiteindelijk vond ik het een en ander, maar wie op dit moment meer over planten wil weten, boft. Tot eind augustus is in het Museon in Den Haag de tentoonstelling ‘Plantastic’. Daar wordt van alles gedemonstreerd over de bijzondere, mooie, vreemde en communicatieve eigenschappen van planten.

Als je binnenkomt, voel je je een beetje Erik uit het klein insectenboek. Je stapt in een uitvergrote botanische wereld van reuzenbloemen, reuzeninsecten en reuzehoge ranken met bladeren.

Er zijn veertig verschillende eilandjes met activiteiten. Al puzzelend ontleed je bloemen: stamper, meeldraden, kroonbladeren, kelkbladeren. Je ziet welke manieren planten gebruiken om hun zaden te verspreiden, hoe ze praten, verleiden en overleven.

En ja, je kunt zelf het fotosyntheseproces in een plantje in gang zetten.

Ik vond het stuifmeelhoekje erg bijzonder. Daar staat een ingenieuze opstelling met een cameraatje en een televisiescherm. Het is een soort fictieve microscoop. Als je een bordje met een bepaalde code voor de camera houdt, zie je op het scherm een enorme driedimensionale stuifmeelkorrel. 

Ieder bordje bevat een foto van een bloem en met de code op de achterkant krijg je de uitvergroting van het stuifmeel ervan. Gek om te zien wat er zo aan pollen in je neus terechtkomt. De korrel van de madelief lijkt bijvoorbeeld op een kastanjebolster (rechts op de foto onder en hier op google afbeeldingen). Omdat ze zo stekelig zijn, blijven ze makkelijk aan insecten plakken.

De kinderen vonden de supermarkt ook leuk. Daar kon je producten scannen als antwoord op vragen. Welke producten bevatten géén planten? In welke boodschappen zit suiker? En waar zit vanille in?

Ik vind de tijdelijke tentoonstellingen in het Museon nog wel eens tegenvallen. Soms zijn ze te oppervlakkig, dan weer extreem ingewikkeld. Maar dit jaar slaat ie wat mij betreft de spijker op z’n kop. Je moet wel gezellig met je kinderen meelopen, samen ontdekken of uitleg geven. Als je ze in hun eentje loslaat, is de verleiding namelijk groot om langs alle blitse applicaties te racen zonder dat je een idee hebt wat je aan het doen bent. Maar met enige interesse heb je na deze tentoonstelling zo’n beetje alle biologie tot en met -pak ‘em beet, hou ‘em vast- de brugklas achter je kiezen.

Na ‘Plantastic’ hadden we nog wat tijd voor de bovenverdieping. Daar is altijd zoveel te zien, we bestrijken nooit het hele museum met één bezoek. Deze keer bleven de kinderen lang hangen in Al-Arab, de sprookjesachtige kamer uit 1001 nacht.

Na gedane arbeid is het goed chillen.

Ze droomden weg op dikke, zachte kussens, terwijl Sherazaad haar 789e nacht inging. Het verhaal van Hassan uit Basra. Met toverpoeders, tulbanden en paleizen. Na de verleidingstactiek van planten, hoorden we nu over meisjes, mooier dan de maan. ‘Met ogen als sterretjes, borsten als appeltjes en een navel waar wel een pond muskus in past.’ Dat waren nog eens schoonheidsidealen.  

—-

  • Associaties met Erik of het klein insectenboek kun je hier creatief botvieren.
  • De tentoonstelling ‘Plantastic’ is tot 25 augustus 2012 te zien in Museon in Den Haag.
  • Om een idee te krijgen hier de plantenspeurtocht in pdf. Ook te koop in Museon zelf voor 20 eurocent. En eigenlijk niet nodig.
  • Tip: je entreekaart van Museon is tevens de sleutel tot allerlei activiteiten op de bovenverdieping. Dat zeggen ze vrijwel nooit bij de kassa en het heeft ons zes bezoeken gekocht om erachter te komen. Op de eerste verdieping staan overal schermpjes en andere opstellingen waar je de barcode op je toegangskaart kunt scannen.
  • Tip 2: de tuin tussen Museon en Omniversum aan de achterkant is een heerlijke plek om te lunchen.   
  • Je kunt thuis je eigen Al-Arabje creëeren met het mooie cd-boek van Frank Groothof, Sheherazade, vertellingen uit 1001 nacht.

Droomcrème

8 maart 2012

WordPress is een formidabele gastheer, maar één dingetje zat me dwars. Als tegenprestatie voor zijn gastvrijheid zette hij mijn blog in de etalage. De reclame borrelde omhoog in mijn kantlijn, steeds vaker en steeds pregnanter. Nou snap ik best dat de schoorsteen daar ook moet roken. Maar de manier waarop irriteerde me. Dus heb ik sinds een jaar of wat de advertenties afgekocht. Een luttel bedrag ten gunste van uw leesgenot. Nee, geen bloemen. ’t Is een aardigheidje.

Als er iets aangeprezen wordt, wil ik het graag zelf doen. Onafhankelijk en zonder dat ik er iets aan verdien. Behalve eeuwige roem natuurlijk. En de hulde van al die mensen voor het hek van mijn oprijlaan. Een lintje. En John Travolta die Grease Lighting doet op het dak van mijn auto. Brad Pitt die in Good Morning America stamelt dat ik zijn lichtend voorbeeld ben. (Want zij geven ook thuisonderwijs, hè, John en Brad.) 

Welnu, ik heb iets aan te prijzen. Soms loop je ergens tegenaan waar je zo blij mee bent, dat je je niet kunt voorstellen dat een ander er niet blij mee zou zijn. Zoals de Dream Cream van Lush.

Een toevalstreffer. Eigenlijk wilde ik de viooltjescrème van James Wong maken, van die coole BBC-reeks Grow Your Own Drugs. Iedereen die nog denkt dat het een serie is voor grijze vlechten in handgeknoopte jumpers: kijke even op youtube. Wong is geen archetypisch kruidenvrouwtje, maar was botanicus in Kew Gardens voordat hij miljonair werd met de verkoop van zijn boeken en dvd’s. Hij is dus heel blits. Dat je niet denkt dat ik een geitenharen sok ben.

Blits of niet, bij nader inzien vond ik het toch iets te veel werk om zelf crème te maken. En toen las ik over Dream Cream. Die scheen bijna net zo lekker te zijn. Het is een gewone bodylotion, maar hij werkt wonderen op de gevoelige huid. In kopersrecensies juichten psoriasispatiënten met vijf sterren en uitroeptekens, droge benen veranderden in pilaren van souplesse.

Het is inderdaad een heerlijke crème. De eczeemhuidjes van Philip en Cato, in de winter altijd goed voor een half tubetje hydrocortison, zijn weer zo zacht als de billetjes van Victoria. Ze hebben gewoon geen hormoonzalf nodig gehad.   

De enige negatieve recensies kwamen van mensen die de geur te muf vonden, maar zelf vind ik het lekker ruiken. Beetje kruidig met een vleugje lavendel. Hij is niet goedkoop voor een alledaagse bodylotion: negentien euro voor een pot van 240 gram. Jammer dat ze hem niet ook in kleinere potjes verkopen. Maar hij smeert als een zonnetje en je hebt er weinig van nodig.

Grassroots

26 maart 2009

schoffelen

We hebben een tuintje. Een volkstuintje. Dit jaar voor het eerst. Het is precies wat we nodig hebben: vijftien vierkante meter, van maart tot november, geen grasmaaien en niks niet winterklaar maken. En toch eigen tuinboontjes.

Jet had al een ontwerp gemaakt voor onze postzegel. Eerst bestond de architectuur uit alleen plukbare bloemen, maar later besloot ze dat het half-half mocht worden: bloemen en groente. Ik vond het een uitstekend idee.

Omdat ik zelf geen enkele ervaring heb dan de vier radijzen en zeven wortels die ik als kind in de achtertuin mocht zaaien, een mislukt experiment van het ‘eigen stukje grond’ dat ik per se wilde hebben, besloot ik diepgaand vooronderzoek te doen. Uit alle tuinieren-voor-kinderenboeken die ik heb gezien, zijn deze drie het mooist.

Groene vingers, van Maarten de Jongh en Guida Joseph, met een ontzettend handige indeling per maand. Iedere maand heeft een hoofdstuk, met daarin suggesties voor wat je op dat moment kunt zaaien, oogsten of opkweken in de vensterbank.

Tuinieren met kinderen van Kim Wilde. Aanvankelijk vanwege het nostalgische jaren ’80-aspect en omdat Philip en Jet ‘Anyplace, anywhere, anytime’ van Nena en Kim Wilde altijd zo hard meebrullen. Maar het blijkt ook nog eens een heel leuk boek. Overzichtelijk, origineel en met mooie foto’s. Minder uitgebreide informatie over gewassen dan Groene vingers, maar vol mooie ideeën.

Bert Ydeman, De groene hemelEn ten slotte De groene hemel van schooltuinmeester Bert Ydema. Geweldige tips in een duidelijk boek van iemand die veertig jaar met kinderen in tuintjes gewerkt heeft en al het moois van de natuur met passie kan overbrengen. Als prachtige toegift een dvd met de documentaire die Roel van Dalen maakte over het laatste jaar dat mijnheer Ydema zijn groene hemel deelde met de Amsterdamse schoolkinderen.

Hieronder een voorproefje met stukjes uit de documentaire. 

Ik houd u op de hoogte van onze vorderingen.

Heempark

13 juli 2007

Vandaag zijn we weer op stap geweest met een gids van het IVN, Vereniging voor natuur- en milieueducatie. Sinds drie jaar gaan we met de lokale thuisonderwijsgroep eens per kwartaal met dezelfde gids het heempark in, om de wisseling der seizoenen aan den lijve te ondervinden.

De thema’s van onze bezoeken variëren; soms gaan we op zoek naar dierensporen of winterbloemetjes, in de herfst gaan we meestal paddestoelen zoeken. Omdat er bij het heempark ook een arboretum is, leren de kinderen de verschillende bomen aan hun blad of schors te herkennen. Onze vaste gids staat bol van de inspiratie en kennis; Philip en Jet zijn dol op haar. Omdat een thuisonderwijsgroepje altijd uit kinderen van uiteenlopende leeftijden bestaat, is het een kunst om de informatie zo te brengen dat het voor iedereen leuk en interessant is. Onze gids slaagt daar buitengewoon goed in en verzint telkens iets nieuws voor de kinderen om tijdens of na de wandeling te maken: pindaslingers voor de vogels, een kastanjespinnenweb, en bij de paddestoelentocht mogen ze inkt onder de hoed van de inktzwam vandaan halen en daarmee op berkenschors schrijven.

Vandaag gingen we slootje scheppen. Met schepnetten, emmers, loeppotjes en zoekkaarten liepen we net als afgelopen jaren het nabijgelegen weiland in om te ontdekken welk leven zich in de boerensloot ophoudt.

optocht

Na het scheppen determineren de kinderen met zoekkaarten hun beestjes en plantjes. Deze keer zaten er naast alle soorten larfjes, bootsmannetjes en stekelbaarsjes zowaar drie salamanders bij.

salamander

We hebben vandaag ook wat waterplantjes bijgeleerd met mooie Hollandse namen als moerasvergeet-mij-nietje, pijlkruid en heermoes: de ‘legoplant’, die uit verschillende schubjes bestaat die je in en uit elkaar kunt halen.

uitleg

Meer IVN-wandelingen: