In training

26 november 2012

Haile Gebrselassie kan wel inpakken.

 

Bijna goddelijk

19 november 2012

Later deze week een boek over meesterwerken, nu eerst het mooiste meesterwerk. Je eigen lichaam.

Kijk maar even goed. Ja, ogen naar beneden. Zie je je vingers op het toetsenbord? De kleine kreukeltjes in je huid? En verder naar beneden. Je borsten (of niet), je buik, je benen, je knieën die je over elkaar hebt geslagen.

Je bent prachtig.

Alexander Tsiaras, universitair hoofddocent Geneeskunde van Yale laat zien hoe je zo mooi bent geworden.

Je kunt veel zeggen, maar het is een sfeervol tafereel geworden. Dat komt omdat we pas na de boeken, kunstgeschiedenis, sportclub, moestuin, boodschappen en het avondeten tijd hadden om de trekking te laten plaatsvinden. Daar staat tegenover dat vriend D. inmiddels vrij was van school en aanbood als onafhankelijke toezichthouder op te treden. De AFM in eigen persoon, zeg maar.

Ik hoop dat u alle karakters in het schemerdonker kunt ontwaren, maar ik presenteer, van links naar rechts: vriend D. met Victoria, Cato en Philip.

Winnaar, van harte gefeliciteerd! En iedereen die weer meegedaan heeft, via mail of reacties, bedankt voor jullie enthousiasme!

Wakarimasu

14 augustus 2012

Het begon ermee dat John in de bibliotheek kwam. Daar was hij de laatst vijvenveertig jaar niet geweest, dus het was een uitje op zich. Wat iedereen weet die weleens in een bibliotheek komt, maar wat mijn duifje nog niet wist, is dat een bibliotheek eigenlijk een snoepwinkel is waar je gratis mag proeven. Een slechte bibliotheek zet prominent snaaigoed neer dat makkelijk wegglijdt en door iedereen snel meegegrist wordt, maar een goede bibliotheek heeft snoep uitgestald dat je zelf niet een, twee, drie zou pakken. Lekkerigheidjes die nieuwsgierig maken. Ze bevatten net wat andere ingrediënten, kunnen je plotseling verrassen of herinneringen losmaken.

Zo ging John alleen om wat boeken terug te brengen en kwam hij thuis met een stapeltje verrassingen, waaronder deze.

Hij koesterde warme herinneringen aan de tv-serie. Ik was te jong toen Shogun werd uitgezonden en het leek me nu allemaal wel erg gedateerd. Maar: immer bereits iets nieuws te proberen.

Het gegeven is sowieso leuk: het eerste Nederlandse galjoen dat Japan bereikte. In 1598 vertrok een Nederlandse vloot van vijf schepen (Hoop, Geloof, Liefde, Trouw en Blijde Boodschap) naar de Straat van Magellaan. Eigenlijk heette een van de boten Erasmus, maar omdat het beter bij de rest paste, werd hij wedergedoopt tot Liefde. Het was het enige schip dat de reis volbracht; in 1600 bereikte het Japan.

De Liefde had een Engelse stuurman, William Adams (de VOC had vaker Engelse bemanningsleden in dienst), die zich na de eerste cultuurschok zo thuisvoelde in Japan, dat hij er nooit meer wegging. Hij werd een volwaardig lid van de samenleving en vertrouweling van de opperbevelhebber, de shogun. Dankzij Adams’ bemiddeling konden de Nederlanders vanaf 1609 handel drijven met Japan.

Niet alles in de serie en het boek klopt met de geschiedenis, maar wel veel. In Shogun heet de Liefde nog Erasmus en is de naam van Adams veranderd in Blackthorn. Meer hoef je eigenlijk niet te weten. De gedateerdheid valt verrassend mee; alleen de schipbreuk in het zwembad op de filmset geeft weg dat de serie 32 jaar oud is. Wat ik zelf gaaf vind, is dat alle Japanse acteurs onvertaald zijn gebleven. Je begrijpt dus net zoveel als de westerse stuurman.

Zo sloop Japan langzaam ons huis binnen. Jet verscheen eens in kimono aan de ontbijttafel.

De wakarimasu’s en anjin-sans vielen steeds vaker. Anjin is Japans voor ‘stuurman’ en wakarimasu betekent ‘ik begrijp het’  – twee uitdrukkingen waar rijkelijk mee gestrooid wordt in de film.

Er moest met stokjes gegeten worden natuurlijk; en Cato en Jet vonden een Japanse theeceremonie noodzakelijk om zich echt goed te kunnen inleven. Dus togen we naar een uitgelezen plek voor drinkkommetjes:  de kringloopwinkel. Alle soorten en maten, bijna Japanser dan in Japan zelf, met de mooiste tekeningen en gouden randjes, zo uit oma’s vitrinekast. Als je daar groene thee uit drinkt, smaakt het veel lekkerder. Let vooral op de blauwe nagellak. Heel Aziatisch. Die keizerinnen hadden allemaal bijzondere nagels.

Victoria bekwaamde zich ondertussen in het laat-middeleeuwse balletje-balletjespel zoals dat gedurende de Edoperiode gespeeld werd in de voorhoven van de tempels in het amitabha-boeddhistische Kamakura. Daar gaan we veel geld mee verdienen.

Er staat alleen nog een bezoek aan het Sieboldhuis op de agenda. Shogun hebben we aangeschaft, de serie is zo mooi en fascinerend dat we hem zeker nog eens zullen kijken.

Ik zeg: domo arigato en sayonara. Maar niet voordat ik afsluit met een van de haiku’s die Jet gemaakt heeft tijdens het project.

Bloemen zijn speciaal
in een vaas of een plantsoen
zolang ze het doen.


  • De dvd-box Shogun is te koop met EAN-code 8714865559437.
  • Het Sieboldhuis doet ook mee aan de museumjeugduniversiteit die in september weer door het hele land van start gaat.
  • Meer ideeën voor een Japanprojectje in de post ‘Verrassingsmap’ (origami, Japanse beeldende kunst).
  • Het boek Learning from Shogun, Japanese History and Western Fantasy geeft een opsomming van feiten en fictie in Shogun. Hier als gratis pdf.
  • Voor de winderige novemberavond als het bamzaaien is gaan vervelen: twaalf triviantvragen over Shogun.
  • Boeken die we erbij gelezen hebben:
    • Claus Stamm, Drie sterke vrouwen,  een verhaal uit Japan. Mooi volksverhaal waar Cato geen genoeg van kon krijgen.
    • Peter Dennis, Aardbeving, vanaf ca. 3000 voor Chr. tot heden uit de serie: Reis door de tijd. Goede serie, goed boek.
    • Annelore Parot, Kimono en Yumi. Snoezige prentenboekjes over een kokeshi, een traditioneel Japans popje.
    • Mary Pope Osborn, Night of the ninjas. Philip en Jet hebben hem bij wijze van uitdaging in het Engels gelezen, maar er is ook een Nederlandse vertaling: In het land van de zwarte krijgers. De hele serie The Magic Tree House van Pope Osborne is trouwens mooi om Engels mee te leren lezen.
    • Arend van Dam, Mart en de Liefde. Verrassend goed verhaal waarin vroeger en nu samenkomen. Het andere boekje van Arend van Dam, De hofreis, en meer in het genre: Achter de rode zon (Mariska Hammerstein), Thijs en de geheime VOC-kaart (Lizette de Koning) waren drie keer niks: slecht verhaal, slecht geschreven of AVI-nulniveau.

Hoax

30 juni 2012

De afgelopen week circuleerde er een foto in de sociale media waarop het leek alsof de Toekomst uit Back to the Future gearriveerd was. Daar reist Marty McFly met zijn vette DeLorian naar een tijdperk van zwevende skateboards, automatisch passende kleren en andere fantastische toekomstmuziek. Volgens de foto speelt de film zich af in 2012. Het plaatje was echter bewerkt, want de werkelijke D-Day ligt drie jaar later, op 21 oktober 2015.

Even wachten dus, voordat we de balans kunnen gaan opmaken en zien wat er werkelijk uitgekomen is van de toekomstdromen uit 1985. Sommige noviteitjes uit de film zijn al gemeengoed geworden: skype, iPad, draadloze computerspelletjes. Andere dingen zullen nooit uitkomen: Lady Di op de Britse troon. En het blijft afwachten of de dubbele stropdas veel anschluss zal vinden.

We hebben gelukkig nog drie jaar. Drie jaar om de hele trilogie minstens zes keer te zien. Drie jaar om te blijven fantaseren dat we met zelfstrikkende Nikes een hoverboard zullen berijden. En ondertussen kun je ook even dit boek te lezen dat deze maand een Vlag en Wimpel won: Groeten uit 2030 van Jan Paul Schutten. 

Net wat verder weg dan 2015, dus extra tijd om voorspellingen te laten uitkomen. Philip heeft het boek van kaft tot kaft verslonden en kwam regelmatig verslag doen van een blik in de verte. Telkens als we langs een windmolenpark rijden, declameert hij met luide stem hoeveel jaar het kost voordat zo’n molen eindelijk quitte draait en zijn eigen energieproductie eruit heeft. Ook de foto van de meneer in de kano die door een zee van plastic zakken en jerricans peddelt, maakte indruk. De gadgets in het boek lonken: huizen van de toekomst, coole auto’s, robots. Op bol.com kun je wat pagina’s bekijken.

Zeg ‘huis van de toekomst’ en je zegt Chriet Titulaer. In de inleiding van Groeten uit 2030 staat ‘Wil je lachen? Lees dit boek dan in 2030’. Zo is Chriet ook altijd goed voor een kwartier lol. Laatst zag ik hem voorbijkomen in een documentaire over toekomstvisies. Het waren oude beelden waarin hij met een ‘lichtgewicht’ videocamera (formaat dekenkist) op zijn schouder liep om te laten zien hoe men haarscherpe beelden kon vastleggen terwijl men gewoon rondliep. Dat was niet voor iedereen weggelegd natuurlijk, en de meeste van zijn snufjes waren helaas ook verboden in Nederland. Je kunt zeggen wat je wilt, maar hij stak wel zijn nek uit, Chriet. Hij moet geweten hebben dat zijn futuristische gadgets in veel gevallen zouden worden ingehaald door de tijd. Toch ging hij op die fiets zitten. We schrijven 1985, het jaar dat Marty McFly de toekomst binnenreed.

Ontsnapt

29 april 2012

Vorig jaar liet Omroep Max op 4 mei een prachtige documentaire zien. Het werd op een onmogelijk tijdstip uitgezonden, vijf uur ’s middags of zoiets. Ik viel er halverwege in en was meteen verkocht. Later heb ik hem nog eens helemaal bekeken. En de kinderen moesten hem zien als geschiedenisles.

Ontsnapt gaat over negen jonge vrouwen, meisjes nog, die vanuit Buchenwald mee moeten lopen in een dodenmars. Het is april 1945. Twee dagen vóór de bevrijding van het kamp worden de gevangenen hun bed uitgejaagd en met duizenden aan het lopen gezet. Een voettocht richting het oosten, weg van de geallieerden. Terwijl ze over een Thüringer landweg lopen, ontdekt een van de vrouwen dat zij de laatste in de colonne is. En dat er geen bewaker is die de rij sluit. Ze besluit met haar vriendinnen een greppel in te duiken en probeert te onsnappen.

Het is niet zo zeer de vorm die deze documentaire onderscheidt van andere. Ontsnapt wordt verteld als een dagboek, geillustreerd met beelden. Als plaatjes bij een verhaal. Zo nu en dan wordt het dagboek onderbroken en keren we terug naar het nu, voor een interview met een ooggetuige of een van de vrouwen die de dodenmars heeft meegelopen.

Het verhaal zélf is ook spannend. De weg terug, met z’n negenen richting Berlijn. Eerst zorgen dat je de gevangeniskleren kwijtraakt. Vrijwillig aanmelden bij SS-posten, onderduikend bij boeren die schrikken van de kampverhalen. Je blijft je afvragen: hebben ze het allemaal gehaald? Twee van de meisjes van toen vertellen het verhaal, afgewisseld met dagboekfragmenten van een ander. Hoe ze allemaal hun eigen reden hadden om in leven te blijven. Om nog één keer met je moeder op een terrasje zitten. Om je kind te zien. Om iets na te laten op deze wereld.

Veel documentaires over de Tweede Wereldoorlog zijn te gruwelijk voor (mijn) kinderen. Het is altijd zoeken naar een middenweg: aan de ene kant laten zien wat er gebeurd is, aan de andere kant niet te veel in detail treden over het sadisme en de martelingen die plaatsvonden. Ontsnapt is ook in dat opzicht een prachtig document. Alleen tussen de negeneenveertigste en vijftigste minuut vertelt een mevrouw over de afschuwelijke manier waarop zij door soldaten werd ondervraagd. Verder is het in alle opzichten een verhaal dat kinderen moeten horen.

Ontsnapt, een film van Jetske Spanjer en Ange Wieberdink. Hier in groot formaat in Silverlight. Het kan soms even duren voordat de film geladen is.

—–

  • Aanvullende informatie op de site van Omroep Max.
  • Op getuigenverklaringen.nl staan langere interviews met de twee dames uit Ontsnapt.
  • Max zendt meer mooie, bijzondere oorlogsdocumenten uit. Wel voor oudere kinderen (12+):
    • Oorlogsgeheimen, serie waarin gezocht wordt naar de waarheid achter persoonlijke geheimen.
    • Vrouwen in oorlogstijdtien afleveringen over de rol van vrouwen tijdens de oorlog.
    • Omdat hun hart sprak over Kindjeshaven, een crèche voor buitenechtelijke Nederlands-Duitse baby’s, waar in het verborgene ook joodse kinderen werden opgevangen.
  • Ten slotte: Zwarte soldaten. Deels ontroerend, deels stuitend, over Nederlanders bij de Waffen-SS. Winnaar van een Gouden Kalf en hier online.

Bye, Ziggo

23 april 2012

Ik heb het altijd leuk gevonden om mijn eigen jeugdsentimenten door te geven aan mijn kinderen. Pippi Langkous, U2, Sint Maarten, biscuitjes met geribbelde randjes. Soms werkt het zoals ik gehoopt had en zie ik hen op dezelfde manier genieten als ik destijds. Andere keren blijken mijn sentimenten precies dat wat ze zijn: sentiment. Gedateerd en vooral behorend tot mijn jeugd.

Die keer dat ik de Mounties introduceerde bijvoorbeeld. Man o man, de Mounties. Tranen heb ik gelachen. In de kast, uit de kast, Piet Bambergen in een damesjurk. Samen met Willem Ruis, André van Duin en de stiekeme afleveringen van Dynasty (als mijn moeder haar wekelijkse zwemavond had en mijn oudere broer me uit bed haalde om samen te kijken) een hoogtepunt uit mijn televisiegeheugen. Toen ik de ‘luxe dvd-box met hilarische shows van de Mounties’ zag liggen voor een hilarische prijs, aarzelde ik geen moment. Wat zouden mijn kinderen lachen.

Nou weet ik niet of u de afgelopen dertig jaar een aflevering van de Mounties hebt gezien, maar het was nogal een deceptie. Verwachtingsvol stopte ik de dvd in de speler. Kinderen in pyjama, chips binnen handbereik. Het moment was perfect.

René van Vooren zat al met een mal hoedje op een barkruk, dat beloofde wat. En ik had op het hoesje gezien dat het alleen maar beter werd. Joop Doderer zou voorbij komen in padvinderskostuum, Jaap Stobbe, Joke Bruijs, you name ‘em. Goed, het begon wat traag, maar dat hoorde bij de jaren tachtig. Toen wisten ze nog echt naar een hoogtepunt toe te werken. Des te groter zouden onze lachsalvo’s zijn.

Na vijfenveertig verwachtingsvolle minuten heb ik hem maar afgezet. Cato stribbelde nog tegen. ‘Moeten we nu al naar bed?’, vroeg ze. ‘Ik heb nog helemaal niet gelachen.’ Het werkte niet. Niet bij de kinderen en ook niet meer bij mij. Ik kon me niet voorstellen dat ik hierom geschaterd had. De magie van dertig jaar geleden was weg.

Andere dingen blijken tijdloos. Muziek bijna altijd. Justin Bieber hebben we buiten de deur kunnen houden ten faveure van Fleetwood Mac, The Human League, ABBA, The Talking Heads. Muziek die genadeloos je leeftijd prijsgeeft, zeg maar. Er komt genoeg moois en nieuws bij natuurlijk, waarmee ze hun eigen jeugdsentiment maken. Maar het blijft leuk om te delen in de dingen waar je zelf van houdt.

Zo is Queen sinds jaar en dag automuziek bij uitstek. Al weten ze soms niet wat ze zingen, het smeekt om meegebruld te worden. Jet zei laatst: ‘Weet je dat ik vorig jaar ineens hoorde dat ze in dat ene liedje ‘bicycle’ zingen? Ik dacht altijd dat het ‘Bye, Ziggo’ was. Reclamemuziek van een andere internetprovider.’

Hier een mooie vertolking van Queen. Hij zoemt al een tijdje rond op de sociale media, wij hebben hem via Corien gekregen, en hij blijft leuk. Tijdloos, zou ik bijna zeggen. Laat dat lachsalvo maar komen.