Levende geschiedenis in Archeon

9 november 2010

Op de laatste vrijdag van het seizoen waren we in Archeon. Het blijft een prachtig park, net een dorpje waar je al wandelend een tijdreis van een paar millennia maakt.

En tijdreizen zijn heerlijk. Scharrelen in de lemen hutjes van jagers en verzamelaars, wandelen door stille Middeleeuwse kloostertuinen. We kregen een kopje muntthee in de prehistorische boerderij – in het pikkedonker op een dierenhuiden bankje natuurlijk, want de gebouwen zijn zo echt mogelijk gemaakt.

We wandelden negen eeuwen verder, de Late Middeleeuwen in, waar de kinderen kaarsjes maakten van bijenwasvellen.

Cato vond alle huisje even gezellig. Ze mocht overal binnenkijken, op bankjes zitten, in voorraadpotten snuffelen. Philip vond ieder tijdvak prachtig. De hunebedden in de Steentijd, de zwaarden en pijl en bogen in de Middeleeuwen. Bij de Middeleeuwse beenbewerker speelde hij nog een paar potjes bikkelen en probeerde hij de vuurslag uit. 

Jet zag ook van alle periodes de charme in. ‘Ik denk echt dat ik in de verkeerde tijd geboren ben’, zuchtte ze bij elke verklede mevrouw. Toen we het gladiatorengevecht bijwoonden in het Romeinse gedeelte, was ik het eigenlijk wel met Jet eens.

Dat kan je ineens hebben. Dat je beseft: misschien had ik het best naar mijn zin gehad bij die Romeinen.

Okee, het verschilt een beetje per keizer, maar zo onder Constantijn had ik het wel uitgehouden, geloof ik. Beetje chillen in zo’n badhuis ook. Dan maar geen koelkast en internet.

Na het spektakel in de arena wilden de kinderen graag een fibula maken, een Romeinse mantelspeld van koper. Het was een heel werkje, met tangen en hamers en vijlen, dus Cato had het alras gezien. Na twee minuten timmeren op het aambeeld (daar was het haar eigenlijk om te doen geweest) vroeg ze of we nog even samen in het badhuis konden kijken. Naar de mooie ligbedden en de gevulde waterbassins met fonteintjes uit de muur. 

Tot haar grote vreugde hing er ook een grote hoorn waar je op mocht blazen.

Die werd gebruikt als het legioen aanviel, dan liet de hoornblazer commandosignalen horen. Cato kon zo mee op veldtocht.

Ondertussen waren Philip en Jet nog steeds druk met hun mantelspelden. Jet werd inmiddels geholpen door Caesar, die we een halfuur daarvoor nog in de arena toegezwaaid hadden. Hij is heel aardig in het echt. Je begrijpt zo’n Brutus niet, hè.

Jet werd er gewoon verlegen van.

Je wordt ook niet elke dag geholpen door een grootmacht. Hoewel hij zelf natuurlijk zijn mensen heeft om fibulae voor hem te maken, wist Caesar toch precies hoe je de juiste krul moest draaien en het scherpe puntje aan de speld kon vijlen. Het werd prachtig.

Het is mooi als geschiedenisverhalen zo tot leven komen. Net als vorige keer scoort Archeon terecht weer hoog bij mijn eigen kleine museumbende.

—-

Handig

  • Hier het verslag van ons vorige bezoek aan Archeon.
  • Bij musea waar de museumjaarkaart niet geldig is, loont het echt de moeite om voor je bezoek even te googelen op ‘korting’ of ‘kortingsbon’ en de naam van het uitje. Deze keer had thuisonderwijsvriendin E. een puike scholenkorting bedongen voor onze thuisonderwijsgroep, maar als je zonder groep gaat, kun je op internet altijd ergens een goeie bon tevoorschijn toveren.
  • Op de site van Archeon is vooral de parkgids de moeite waard. Met veel informatie en grote foto’s uit het hele park. Hier staat ie.
%d bloggers liken dit: