Verkeer(d)
18 augustus 2009
Omdat we de laatste tijd vaak op de fiets zitten, vaker dan normaal, valt het me op hoe de verkeersregels onvermijdelijk en bij voortduring aan bod komen. Waar Cato zich vorstelijk laat rijden in het stoeltje aan mijn stuur (‘Letter, de wind in mijn haren’) en Philip alvast vooruit fietst, vindt Jet het allemaal nogal een gedoe. Haar hele lijfje straalt zwoegen en concentratie uit. Terwijl ze probeert om noch stoeprand, noch geparkeerde auto’s te raken, wil ze ook nog iets begrijpen van alle borden en regels.
‘Dus nu hebben wij voorrang omdat we van rechts komen?’ ‘Ja, maar ook omdat de stoeprand doorgetrokken is. Want kijk, dáár komen we van links, maar hebben we toch voorrang. Vanwege die stoep dus. Dan komt de auto van een uitrit.’
Het maakt het allemaal niet veel duidelijker. De enige manier om het erin te branden is gewoon nog maar eens de route te rijden. Weer naar het strand. Of naar het tuintje. Of naar vriendinnetje O. Nog een keer langs die vervelende kruising, over dat rotstuk zonder fietspad of oversteken bij het verkeerslicht waar de auto’s altijd net even door rood rijden. Daar kan geen theorieboekje met scènefoto’s tegenop.
Als ik ons zo zie rijden moet ik onwillekeurig denken aan het filmpje dat de kinderen graag kijken. Gemaakt door een Italiaanse animator en, krek als het niet waar is, sterk lijkend op de verkeerssituatie die ik een mensenleven geleden veel in Noord-Italië zag. Het land waar verkeersregels zuiver indicatief en facultatief geïnterpreteerd worden.
Hier meer fimpjes van Bruno Bozzetto, vooral Mr. Otto in Olympics doet het goed hier.