Grassroots
26 maart 2009
We hebben een tuintje. Een volkstuintje. Dit jaar voor het eerst. Het is precies wat we nodig hebben: vijftien vierkante meter, van maart tot november, geen grasmaaien en niks niet winterklaar maken. En toch eigen tuinboontjes.
Jet had al een ontwerp gemaakt voor onze postzegel. Eerst bestond de architectuur uit alleen plukbare bloemen, maar later besloot ze dat het half-half mocht worden: bloemen en groente. Ik vond het een uitstekend idee.
Omdat ik zelf geen enkele ervaring heb dan de vier radijzen en zeven wortels die ik als kind in de achtertuin mocht zaaien, een mislukt experiment van het ‘eigen stukje grond’ dat ik per se wilde hebben, besloot ik diepgaand vooronderzoek te doen. Uit alle tuinieren-voor-kinderenboeken die ik heb gezien, zijn deze drie het mooist.
Groene vingers, van Maarten de Jongh en Guida Joseph, met een ontzettend handige indeling per maand. Iedere maand heeft een hoofdstuk, met daarin suggesties voor wat je op dat moment kunt zaaien, oogsten of opkweken in de vensterbank.
Tuinieren met kinderen van Kim Wilde. Aanvankelijk vanwege het nostalgische jaren ’80-aspect en omdat Philip en Jet ‘Anyplace, anywhere, anytime’ van Nena en Kim Wilde altijd zo hard meebrullen. Maar het blijkt ook nog eens een heel leuk boek. Overzichtelijk, origineel en met mooie foto’s. Minder uitgebreide informatie over gewassen dan Groene vingers, maar vol mooie ideeën.
En ten slotte De groene hemel van schooltuinmeester Bert Ydema. Geweldige tips in een duidelijk boek van iemand die veertig jaar met kinderen in tuintjes gewerkt heeft en al het moois van de natuur met passie kan overbrengen. Als prachtige toegift een dvd met de documentaire die Roel van Dalen maakte over het laatste jaar dat mijnheer Ydema zijn groene hemel deelde met de Amsterdamse schoolkinderen.
Hieronder een voorproefje met stukjes uit de documentaire.
Ik houd u op de hoogte van onze vorderingen.