Pim, Frits en Ida

23 augustus 2008

In een vorig leven, mijn Leven Zonder Kinderen, was ik eens in de Utrechtse kinderboekenwinkel. Ik heb kinderboeken altijd leuk gevonden, ook na mijn kinderjaren, en bezocht in de boekwinkel een studievriendin die daar stage liep. Ik raakte met haar en de eigenaresse van de winkel aan de praat over mooie kinderboeken en vertelde dat ik nog vaak moest denken aan een boek dat ik vroeger op school had gelezen.

De titel wist ik niet meer, de schrijver ook niet en ik wist slechts flarden van het verhaal. Het ging over drie kinderen die in een grot verdwaald waren en ik had er voor het eerst over stalagmieten en stalactieten gehoord. Het was een vreselijk spannend verhaal, ik was er erg van onder de indruk geweest. Ik meende me vaag te herinneren dat de hoofdpersonen in meerdere boekjes voorkwamen, dat ze deel uitmaakten van een soort serie.

Ik vertelde de eigenaresse van de kinderboekenwinkel de snippers verhaal die ik me herinnerde, toen ze zei: ‘Kan het Pim, Frits en Ida geweest zijn?’

Ineens wist ik het weer: natuurlijk! Het waren boekjes die we hardop in de klas hadden gelezen, tijdens het uur waarop de juf kinderen aanwees die een leesbeurt kregen. Zo’n uur was voor niemand echt leuk: de kinderen die goed konden lezen verveelden zich en lazen alvast vooruit; maar je moest wel in de gaten blijven houden waar de rest van de klas was, zodat je in geval van een leesbeurt niet met je mond vol tanden zat. De kinderen die niet goed konden voorlezen wilden zo’n uur het liefst onzichtbaar zijn. Ik weet dat ik me altijd plaatsvervangend ellendig voelde wanneer zij hun bijdrage in de estafette s-p-e-l-l-e-n-d doorploegden.

Aanbod van tweedehandsboeken op internet bestond nog nauwelijks en ik zette een zoekactie uit bij een kinderboekenantiquariaat. Binnen een mum van tijd had ik de reeks van acht Pimmen compleet. Vrijwel alle verhalen uit de boekjes was ik vergeten, behalve dat uit boekje acht, over de dolende kinderen in de grot. Ik zag dat ze geschreven waren door Godfried Bomans en geïllustreerd door Rien Poortvliet. Dat waren nog eens tijden.

En nu leest Philip ze. Toen hij laatst zijn vinger over de ruggen in de boekenkast liet gaan voor iets wat hij in bed kon lezen, wees ik hem op het rijtje Pim, Frits en Ida’s. Het eerste boekje had hij dezelfde avond uit, het tweede heeft hij nu onder zijn hoofdkussen gelegd. Ik moet eerlijkheidshalve zeggen dat de tijdgeest er niet helemaal aan voorbijgegaan is: de bomen hebben er nog blaren en in het eerste boekje beseft een zevenjarig kind pas drie dagen vóór de geboorte van zijn zusje dat zijn moeder in verwachting is.

Maar toch. Ik kan nog steeds de betovering van de verhalen voelen, de sfeer en de spanning. Ik wou dat ik zelf negen was en nog acht eindeloos lange, mooie boekjes in het verschiet had.

Hier een geweldig artikel over Pim, Frits en Ida, geschreven door de voorzitter van het Godfried Bomans Genootschap. Over de achtergrond van deze schoolboekjes, het geheim van het succes ervan en over Bomans’ kracht om te schrijven in de ‘zone van de naastbije ontwikkeling’.

Godfried Bomans, Pim, Frits en Ida, een serie leesboekjes voor de lagere school, acht delen. Volop verkrijgbaar via veilingkijker.

Deel 1: In het sprookjesbos.
Deel 2: Het onbewoonde eiland.
Deel 3: Oom Ferdinand.
Deel 4: De ontsnapte ballon.
Deel 5: De schat van Brederode.
Deel 6: Verdwaald op zee.
Deel 7: Alleen in huis.
Deel 8: Diep onder de aarde.

%d bloggers liken dit: